Een kwart van de familiebedrijven zal de komende vijf jaar in andere handen overgaan. De voorkeur gaat daarbij naar de kinderen van de huidige eigenaar.
Een groot deel van de bedrijfsleiders aan het hoofd van een familiebedrijf zijn vandaag bijna aan
pensioenleeftijd of zitten daar zelfs al over. Het gaat om de generatie babyboomers die vandaag tussen 60 en 70 jaar zijn. Dat is meteen de verklaring voor het feit dat zoveel familiebedrijven toe zijn aan een verkoop.
Zowat een kwart van de bedrijfsleiders die bevraagd werden in de Familiebedrijvenbarometer van de zakenbank Degroof Petercam gaven aan dat ze binnen dit en vijf jaar de eigendom van hun bedrijf overdragen. Nog meer onder hen (30%) zien zichzelf de leiding van het bedrijf over te geven. In beide gevallen gaat de voorkeur naar de eigen kinderen.
Controle
De studie werd uitgevoerd door professor Johan Lambrecht, een specialst bij de KU Leuven inzake bedrijfsstrategie en familiebedrijven, en Wouter Brouckaert, in opdracht van Degroof Petercam. In de enquête werden 469 bedrijven, waarvan het grootste deel familiebedrijven, gepolst naar hun visie op overdracht en opvolging, financiering en hun economische en politieke omgeving.
Families houden het kapitaal en de controle graag in eigen handen. Dat blijkt uit het feit dat het overgrote deel onder hen de voorkeur geeft aan de klassieke banklening als hun bedrijf externe financiering nodig heeft. De beurs, private equityspelers of de instap van een industriële partij in het kapitaal wordt amper overwogen.
Schenking
Als families het bedrijf in de familie willen houden, dan is het maar de vraag hoe de geplande overdracht zal gebeuren. Verkopen de huidige aandeelhouders of schenken ze de aandelen aan hun kinderen? Van wie van plan is om zijn bedrijf binnen de vijf jaar over te laten, kiest 42 pocent voor een verkoop en 28 procent voor een schenking.
‘Uit eerder onderzoek is gebleken dat familiebedrijven het voortbestaan van hun bedrijf op de eerste plaats stellen. Ze willen bovendien dat dit gebeurt met familiale verankering. Daardoor kunnen ze niet al te strikt zijn naar zijn naar hoe de overdracht naar de kinderen verloopt’, zegt Lambrecht.
‘Die hebben immers vaak niet de middelen om het bedrijf in één keer en volledig over te nemen. Een oplossing is een mix van verkoop en schenking. Of ze zoeken hun heil in een soort verkoperslening, die wordt terugbetaald naarmate de inkomsten uit het bedrijf het toelaten.’
Familiecharter
Toch wijst de studie op een manco dat de overdracht kan bemoeilijken: de familiale governance is vaak slecht geregeld, waardoor het risico op ruzies groter wordt. Slechts 24 procent van de families heeft een familieraad en 12 procent van de ondervraagde bedrijven heeft een familiecharter.
Daarin worden afspraken gemaakt over overdracht en de voorwaarden voor familieleden in leidinggevende
functies.
Bron: De Tijd
01/02/2018